We leven in een tijd waarin er, God zij dank, meer ruimte is voor spiritualiteit.
Nog niet zo lang geleden werden mensen, meestal vrouwen, die werkten met kruiden of zicht hadden op de toekomst, veroordeeld als heksen, met de doodstraf tot gevolg. Ook nu wordt spiritualiteit nog niet door iedereen geaccepteerd, maar in onze maatschappij leidt het tenminste niet meer tot de doodstraf.
De hernieuwde omarming van spiritualiteit wordt ook wel “New-Age” genoemd. Deze is mijns inziens ontstaan uit ontevredenheid met ons bestaan. Zoals ik in een eerdere column beschreef, zijn we allemaal op zoek naar “het geluk”. Het ongelukkig voelen is een sterke impuls om te willen veranderen, om te willen groeien. Die wens heeft geresulteerd in de grote hoeveelheid zelf-hulp-boeken die de afgelopen decennia zijn verschenen.
Het goede nieuws is dat de mensheid zich bewust wordt van een verbondenheid met iets wat veel groter is dan wijzelf en dat onze eigen mogelijkheden groter zijn dan we ooit voor mogelijk hadden gehouden. In mijn ogen is dat dus vooral een hernieuwde kennismaking met spiritualiteit, met de uitnodiging, voor degenen die dat willen, om zich meer in ware spiritualiteit te verdiepen. Door deze toename van interesse ontstaan ook meer mogelijkheden om lessen te volgen via scholen, boeken en niet te vergeten YouTube. Kortom, veel mogelijkheden om kennis tot je te nemen. Toch heeft dat ook zijn risico’s. Wat is zuivere kennis en, misschien nog wel belangrijker, hoe zuiver zijn wij zelf, oftewel, gebruiken we deze kennis ten goede.
De vroegere mystieke scholen waren heel selectief in het aannemen van leerlingen en minstens even selectief met betrekking tot de kennis die deze leerlingen kregen voorgeschoteld. Het voordeel was dat de leerlingen langzamerhand bewust werden van hun verantwoordelijkheden en het zuiver omgaan met deze kennis. Nu is kennis macht, zodat de opgeleide mensen van de mystieke scholen, zich ook boven de “gewone mensen” konden positioneren. Denk aan de farizeeërs uit het Nieuwe Testament, of de Brahmanen in het Indiase Kastensysteem. Tegenwoordig ligt de kennis overal voor het oprapen. Net zoals de oude scholen voor- en nadelen hadden, heeft de “New-Age” dit ook.
Deze voor- en nadelen hebben in de meeste gevallen te maken met ons mensen. Hoe gaan wij om met deze kennis? Hoe voorkomen we dat we als de tovenaarsleerling van Goethe, verfilmd door Disney, meer schade berokkenen dan goed te doen?
Omdat de zoektocht naar geluk ons veelal lijdt langs de externe weg, het zoeken naar objecten die ons gelukkig moeten maken, bestaat het gevaar dat we de (op)nieuw beschikbare kennis gaan gebruiken om die geluksobjecten te vergaren of om onszelf “te verbeteren”.
Hiervoor gaan we affirmaties gebruiken en zijn we zeer geïnteresseerd in de wet van de aantrekking. We wensen en visualiseren ons suf en krijgen dan ook nog wat we graag willen. Het is dan alleen de vraag of dit wel leidt tot het ware geluk. Hopelijk leidt dit tot het inzicht dat dit niet de juiste weg is en dat we worden uitgenodigd de weg naar binnen te volgen.
De oude leer Advaita Vedanta, zowel de “progressieve weg” als de modernere “directe weg”, maken ons duidelijk dat we het geluk niet hoeven te vergaren of te verdienen, maar dat we dit geluk zelf zijn. We zijn niet ons lichaam, we zijn niet onze geest, maar we zijn zeker niet gebaat bij technieken die ons versterken in onze overtuiging afgescheiden te zijn.
Spirituele lessen zouden ons moeten leren de weg naar binnen te volgen, om dan te ontdekken dat wij allen oneindig Bewustzijn zijn, wat gelijk staat aan zuiver geluk en vrede, en ons vooral leren dit zoveel mogelijk toe te passen in ons aardse bestaan.
HARTegroet,
Jan Chin
Dit artikel verscheen eerder in het HPNLmagazine.