Vroeger dronk je gewoon zwarte thee. Punt. Nu weet een mens niet meer wat-ie moet kiezen, zoveel varianten zijn er. De ene thee is nog gezonder dan de andere, beweren de etiketten. Wat is feit en wat is fabel?
Suiker in theezakjes. Het is het laatste nieuwtje rond thee dat nogal wat opschudding teweegbracht. Het tv-programma Keuringsdienst van Waarde ontdekte dat de bruine korreltjes in zakjes thee-met-een-smaakje kleine hoeveelheden suiker bevatten, samen met aroma’s van fruit of kruid. Het ergste van alles: die suiker stond niet op de verpakking vermeld. Het roept vragen op over welke thee we het beste kunnen drinken en welke we liever laten staan.
Bloeddruk
Kwam je vroeger uit school dan had moeder altijd een theepot onder de theemuts klaarstaan. Soms iets te bitter, omdat de thee lang had getrokken, maar met een kaakje erbij was het helemaal knus en oké. Anders dan zwarte thee dronk je toen niet. Goed voor je gezondheid, leert het Voedingscentrum jaren na dato. Thee zonder suiker staat in de Schijf van Vijf. Dagelijks vijf koppen zwarte thee of drie kopjes groene thee (1 kopje is 125 milliliter) drinken is het devies. Beide theesoorten verlagen de bloeddruk. Daarbij daalt de kans op een beroerte met 10% en het risico op diabetes type 2 wordt vermoedelijk ook kleiner. Van groene thee is er ook ‘grote bewijskracht’ dat van drie koppen per dag het slechte LDL-cholesterol verlaagt, wat gunstiger is voor hart en bloedvaten.
Antioxidanten
De veelgehoorde bewering dat zwarte en groene thee zo goed zijn vanwege de flavonoïden die ze bevatten, klopt evenwel niet. Flavonoïden zijn weliswaar antioxidanten, die ook voorkomen in groente en fruit, maar van antioxidanten heb je meerdere soorten. Van flavonoïden is nooit bewezen dat ze (net zoals de antioxidanten vitamines C en E) beschermend werken tegen beschadiging van de cellen in het lichaam en je daardoor minder snel ziek wordt. Een deel van de gezondheidsvoordelen van thee is dus vooralsnog vermeend.
Het is wel waar dat thee doorgaans minder cafeïne (bij thee ook wel theïne genoemd) dan koffie bevat, de helft minder bij zwarte thee tot een derde bij groene thee. Het cafeïnegehalte is echter ook afhankelijk van de sterkte van de thee, de temperatuur van het water en de grofheid van de theeblaadjes.
Rooibos
Hoe dan ook is thee hip en omdat de moderne mens zich blijkbaar snel verveelt, moeten er duizend soorten in de schappen staan. Veel van die pakjes bevatten alleen nul procent thee, omdat ze geen blaadjes van de theeplant (Camellia sinensis) bevatten. Rooibos, jeneverbes, gember, venkel, brandnetel en citroengras zijn andere soorten planten of bloemen en officieel geen thee, maar infusie. Veelal kruiden en specerijen bevatten ze meestal geen cafeïne. Ze kunnen ook weer gecombineerd worden; sterrenmix is waarschijnlijk het meest bekend.
Zwarte of groene thee met een smaakje is minstens zo populair. Denk bijvoorbeeld aan citroenthee of jasmijnthee én aan het verhaal van de Keuringsdienst van Waarde. Wat de basis is van de thee (zwart of groen) hoort altijd op de verpakking te staan, net als de toegevoegde ingrediënten. Thee met een smaakje kun je bij de dagelijks aanbevolen hoeveelheid thee tellen, alle drankjes die louter aftreksels van kruiden of bloemen zijn niet.
Matcha
Om het verhaal even wat ingewikkelder te maken is er ook nog matcha. Matcha is een groene thee afkomstig uit Japan en China. Het is thee in poedervorm, gemaakt van gestoomde en gedroogde theebladeren. Omdat je feitelijk de gemalen theebladeren en geen aftreksel van theebladeren drinkt claimen gezondheidsgoeroes dat het een superfood is, supergezond, vanwege het hoge aantal antioxidanten. Daarom rukt matcha al jaren op. Er zijn tegenwoordig zelfs matcha-cappuccino (met melk in plaats van water), matcha-ijs en matcha-smoothies. Probleem is alleen dat de gezondheidseffecten van groene en zwarte thee weliswaar bewezen zijn, maar de toegevoegde waarde van matcha niet. Zoals gezegd betekent het hoge aantal antioxidanten op zich niets. De ene antioxidant is de andere immers niet.
Plantengifstoffen
Overigens is het overschrijden van de geadviseerde hoeveelheid zwarte en groene thee ook niet goed. Meer dan vier koppen groene thee kunnen bijvoorbeeld de werking van bepaalde medicatie beïnvloeden. Verder kunnen in thee en kruidendrank door vervuiling tijdens het oogsten per ongeluk plantengifstoffen voorkomen, zoals pyrrolizidine alkaloïden. Zij zijn slecht voor je lever en mogelijk kankerverwekkend. Daarbij zitten in drankjes met venkel, anijs en kaneel van nature de plantengifstoffen allylakoxybenzenen. In infusie met zoethout, waaronder sterrenmix, zit de natuurlijke plantengifstof glycyrrhizine. Gemiddeld bevat zoethoutdrank 200 milligram glycyrrhizine per liter. Teveel zoethout kan je zouthuishouding ernstig verstoren, ervoor zorgen dat je tijdelijk vocht vasthoudt en je bloeddruk verhogen. Af en toe een kopje van deze drank kan geen kwaad. “Alles met mate”, zei mijn moeder vroeger, “dan kun je je geen buil vallen.” Niet almaar thee- of infusiebuiltjes dus om het lichaam van vocht te voorzien. Wissel af met andere dranken zoals water, gefilterde koffie en zuivel.
Tekst: Mariëtte van Beek
Illustratie: Mikki de Goede
Opzoek naar lotgenotencontact? Check ons forum of onze besloten FB-groep.
Dit artikel verscheen eerder in het HPNLmagazine.