In veel Noord-Limburgse cafés wordt sinds vrijdag weer gerookt. Verschillende horecaondernemers kondigden tijdens een speciale bijeenkomst over het rookverbod aan, de asbak weer in hun zaak te zetten en collega’s te stimuleren hetzelfde te doen. Dat meldden de Limburgse kranten zojuist (zaterdag 11 oktober).
Zo’n vijftig ondernemers uit Venlo, Velden, Vierlingsbeek en Neer verzamelden zich vrijdag in café De Hazewind op uitnodiging van eigenaar Hen van Rooij. Daar spraken ze met voorzitter Jaap Brandligt van de stichting Red de Kleine Horecaondernemer. Een stichting die een bodemprocedure is gestart om een uitzondering op het rookverbod voor de kleine horeca af te dwingen. Leden van de stichting betalen 250 euro en laten gasten meestal roken. Wanneer een zaak een boete krijgt, vecht de stichting die aan. Van Rooij gaf, net als de meeste aanwezigen, aan lid te worden van de stichting. Hij laat zijn gasten dus weer roken. “Mijn vrouw schildert een groot bord om niet-rokers te waarschuwen”, zegt Van Rooij. “Wat moet ik anders? Ik heb veel klanten verloren sinds het rookverbod. Ik laat ze dus weer roken, al riskeer ik dan een boete.” Het is kiezen tussen twee kwaden. Ze hangen me op, of ik stop met de zaak. We moeten een signaal afgeven.”Dat geldt ook voor Wiel Theelen van eetcafé ’t Roadhoes in Neer denkt er ook zo over. “Veel ondernemers hebben een terras en deze zomer nog geen last van het rookverbod gehad. Nu wordt het koud en komen mensen naar binnen. Ik kan mijn vaste klanten toch niet naar buiten sturen? Ik heb geen plek om rookruimte in te richten. Dan blijft er weinig anders over. Ik snap niets van deze minister Klink. De man is nota bene zelf een roker.”
Ook de ondernemers van The Rub-A-Dub, Stadskefee Pollux, De Baek en de Gouverneur gaven aan de asbakken terug te plaatsen. De verwachting is dat andere ondernemers volgen. “Wanneer de eerste begint, kun je als ondernemer niet achterblijven”, zegt Bert van den Bergh van het Venlose Take Five. “Ik zal niet de eerste ondernemer zijn die de asbak terugzet, maar ook niet de laatste.” Brandligt vindt het belangrijk dat kroegen gezamenlijk optrekken. “Ik kom uit een tijd dat actievoeren nog zin had. Ik denk dat actievoeren nog steeds zin heeft. Eén ding is zeker, wanneer we niets doen verdwijnen er de komende jaren heel wat kroegen.”
Zo. De vlam is in de pan geslagen.